Aanvullende info
Bach en de Nederlanden
Johann Sebastian Bach: Mis in G, BWV 236
Jan Pieterszoon Sweelinck: Deux Chansons
Henri Dumont: Grands Motets, Magnificat
Johann Bach: motet: Unser Leben ist ein Schatten, JB2
Pieter Hellendaal: Concerto Grosso op 3 nr 3
Het Noordelijk Bach Consort heeft als thema voor het najaar ‘Bach en de Nederlanden’ gekozen. Het is niet waarschijnlijk dat Bach ooit de Nederlanden heeft bezocht. De verbinding ligt meer op het muzikale vlak en brengt ons bij Jan Pieterszoon Sweelinck. Hij werd geboren in 1561 in Deventer, meer dan 120 jaar eerder dan Johann Sebastian Bach het levenslicht zag. Sweelinck was de derde generatie in een familie van organisten en leerde het vak van zijn oom en vader, die hij waarschijnlijk al op vijftienjarige leeftijd opvolgde als organist van de Oude Kerk in Amsterdam. Met de opkomst van Amsterdam groeide ook Jan Pieterszoon uit tot een vermaard organist en klavecinist, componist, improvisator, orgeladviseur, muziekpedagoog en ensembleleider.
De vermaardheid van deze Jan Pieterszoon strekte zich uit tot over de grenzen en trok vooral veel jonge musici uit Noord Duitsland naar Amsterdam om daar bij hem in de leer te gaan. Zijn beste leerlingen kwamen daar vandaan: Samuel Scheidt; Johann Adam Reincken; Johann Praetorius. Zij ontwikkelden zich verder en brachten hun opgedane kennis en kunde over op de volgende generatie waarvan Dietrich Buxtehude en Georg Böhm de leermeesters waren van de nog jonge Johann Sebastian Bach.
Om de muzikale verwantschap van Jan Pieterszoon Sweelinck en Johann Sebastian Bach beter te begrijpen een klein uitstapje in de muziekgeschiedenis. Midden 16e eeuw (ongeveer 1550) loopt de invloed van de renaissance een beetje op zijn einde. Renaissancemuziek kenmerkt zich door de zogenaamde polyfonie en het contrapunt. In deze muziek zijn alle stemmen gelijkwaardig en even belangrijk, zoals bijvoorbeeld in de canon en de fuga.
Met name in Italië ontstond de behoefte om meer emotionele expressie in de muziek te brengen zoals in de aria en het recitatief: een enkele melodie met daaronder een begeleiding. De stemmen zijn niet meer gelijkwaardig en er kan in de melodie veel meer virtuositeit en emotie worden gevat. Jan Pieterszoon Sweelinck stond aan wieg van deze overgang naar de barok. Hij verwerkte deze nieuwe ‘stijl’ in zijn composities. Er werd gesproken van de ‘Hollandse Stijl’.
100 Jaar later maakt Bach in Lüneburg en Lübeck kennis met deze ‘Hollandse Stijl’ die dan als ouderwets wordt ervaren en de naam ‘Stile antico’ kreeg. Bach heeft echter altijd een voorliefde gehouden voor deze stijl van componeren en heeft deze op het eind van zijn leven vervolmaakt met o.a. die Kunst der Fuge, Das musikalisches Opfer, die Goldberg variationen, die grosse Orgelmesse.
In onze programmakeuze staat dan ook Bach’s Lutherse mis in G groot centraal. Het Kyrie is met zijn gespiegelde fuga een schoolvoorbeeld van de ‘Hollandse Stijl’ en Bach eert hiermee zijn voorganger Jan Pieterszoon Sweelinck die deze stap van renaissance naar barok voorbereidde. Natuurlijk kan Sweelinck op ons programma niet ontbreken: we voeren twee wereldse Chansons voor koor a-capella uit.
In de zuidelijke Nederlanden werkte de in Maastricht geboren Henry Dumont (1610-1684), een beroemd organist, klavecinist en componist. Met zijn muziek staat hij al met één been in de barok, maar juist met zijn geestelijke werken leunt hij nog stevig op de renaissance. We voeren een magnificat uit, dat onderdeel is van één van Dumont’s Grand Motets die hij schreef voor de ‘Chapelle Royale’ in Parijs. Dumont is bekend om het invoeren van de basso continuo, een nieuw stijlelement dat de barokmuziek in hoge mate kenmerkt.
Ter vergelijking voeren we een motet van de oudoom van Johann Sebastian Bach uit: Johann Bach die 6 jaar voor Henry Dumont werd geboren (1604). Unser Leben ist ein Schatten, een werk voor groot en klein koor zal Johann Sebastian ook zeker hebben uitgevoerd ook al zal dit voor die tijd ouderwets in de oren hebben geklonken.
We maken het programma compleet met een werk van een Hollandse componist, die de periode van de barok afsluit, Pieter Hellendaal, geboren in 1721 in Rotterdam en een begaafd organist, violist en pedagoog. We voeren één van zijn Grand Concerto’s voor strijkers en basso continuo uit.